dinsdag 27 december 2011

Onderstaand prachtig gedicht stond als reactie op http://suzanne-intramuros.blogspot.com/2011/12/karstmis-in-den-bak-hopeloos-eenzaam-in.html
Het verdient een betere plaats.


Wij zijn het vlees dat spreekt
Murat Kaplans uitgerukte tong
Onzichtbaar de handen op de rug
Als een eenzame nachtkijker
Bovenop een Schaarbeeks dakterras

Zicht op de gesubsidieerde savanne
En op de zeven wereldwonderen
Net als wij (en Jedem das Seine)
Ziet hij met voorzichtige ogen
die het kijken het scheppen der dingen
nog niet hebben verleerd

Voorwaar een gevangene
Een markies de Sade verstopt buiten het zicht
Van al wat in deze wereld herhaling
Van herhaling is – kopie van kopie
Een razende in zijn isoleercel
Voorwaar een te keer gaande schizo
Die met inkt en pen in de hand
Kijkt naar Martine’s borsten
En die in de gepaste bewoordingen ziet
Luistert naar haar gefluister en hoort
De blos van haar wangen proeft en
In woorden smaakt wat daar te smaken valt

Wij zijn het vlees dat spreekt
En onze voorverwarmde kelen
Geprikkeld door viervruchtenconfituur
Struikelen niet als ze worden uitgedaagd
En ze zeggen nee en ja maar
Tegen de aanmatigingen van de macht
Die telkens weer voorspelbaar
Komt uit de loop van een geweer
Ja, wij zijn vlees dat spreekt
Zich steeds weer in schulden steekt
En in nood wetten breekt

(Uit "Omtrent Martine: Het Verhaal van een Bipolaire Stoornis", 2007)


Eric Rosseel

Geen opmerkingen: